On the road again

In Australië

552902_10151001316068679_356098907_n

De eerste roadtrip van papa en mij in zes jaar. Papa en ik hadden elkaar al anderhalf jaar niet gezien, maar na vijf minuten was het weer alsof het nog maar gisteren was. Het plan:  erop uit met de camper zoals we dat vroeger ook altijd deden. Just like the good old days!  Dus daar gingen we dan. Vlak bij het vliegveld konden we ons groene gevaarte (de Jucy camper) ophalen en meteen was het raak: ik moest papa binnen een kwartier drie keer naar de linker weghelft dirigeren.

De eerste twee dagen gaf ik een rondleiding door Sydney en kwamen we op de camping dicht bij de stad meteen het eerste Australische wildlife tegen, namelijk een stel nieuwsgierige en hongerige opossums. Op weg naar de wc spotte papa ook nog een stel ratten. In het zuiden van Australië en tijdens de winter was het ’s nachts nog behoorlijk koud, en dat was voor padre, die in Peru temperaturen van boven de 25 graden gewend is, behoorlijk afzien. Zoals je kan voorstellen, met het nodige geklaag van dien. “Ben ik hiervoor naar Australië gekomen?!

Inmiddels zijn we een dag of vijf onderweg, maar voelt het alsof we al ruim twee weken aan het kamperen zijn. We zijn binnen korte tijd al een stuk behendiger met het kamperen op zich, want dat was toch wel even wennen in het begin. Op campings merken we wel meteen dat we een stelletje amateurs zijn, want gisteren stond er een man naast ons die binnen vijf minuten een gigantische legertent opzette en meteen ook maar zijn satelliet schotel en elektrisch kookstel installeerde. Wij staan al te zwoegen om de achterbank in een fatsoenlijk bed te veranderen.

We hebben vandaag onze eerste kangoeroes in het wild gezien, fantastisch! De dag er voor hadden we al een koala en kangoeroe park bezocht waar je ze ook kon aaien en voeren, maar in het wild zijn ze heel schuw. Zodra je binnen een straal van 15 meter komt, hoppen ze al weg. Scheelt weer dat we een goeie zoomlens hebben en het toch lijkt alsof we heel dichtbij zijn.

Hoewel de East Coast route ontzettend hier ontzettend populair is en ik eigenlijk alleen maar backpackers en Salou-achtige party’s onderweg verwachtte, is het tegendeel waar. De natuur is overweldigend mooi en om de haverklap stoppen we om uit de auto te springen en foto’s te maken. In de auto is het één en al “Wow kijk daar eens!” en “Zag je die kangoeroe?!”. Op de ‘normale’ route langs de Pacific Highway 1 kijk je vaak al je ogen uit. Helaas liggen er hier en daar wel wat dode kangoeroes langs de weg… Ah!

Vandaag zijn we in Byron Bay en de sfeer is duidelijk anders. Eerder op de dag waren we nog in Wooli, een paar uur noordelijker, waar oude, nauwelijks verstaanbare mannetjes het gebied domineren. Hier in Byron liepen we het dorp in en hoorden we trommels, gingen onze oren achterna en kwamen vervolgens uit bij een stel dansende en trommelende hippies op het strand. Ligt het aan de warmere temperaturen? Het strand bij maanlicht? Misschien verdachte, groene plantjes? Wie zal het zeggen.

Morgen gaan we Byron verder bekijken en schakelen we later op de dag meteen door naar het pro-hippie-level, namelijk Nimbin. Nimbin is een dorpje waar ieder jaar in mei een dag helemaal is gewijd aan wiet en de bewoners met een meter lange joint door het dorp banjeren. Heel normaal hier. In plaats van Billabong heb je hier volgens de verhalen ‘Bring-a-Bong’ en andere winkels waar Haight Ashbury jaloers op zou zijn. Back to the 60’s we go!

Nog geen vijf dagen onderweg en we hebben nu al zoveel moois gezien… Als we dit allemaal al mooi vinden, kan ik me nog niet helemaal indenken hoe onze oogballen alle schoonheid bij de Whitsundays (witte zandstranden zoals op de ansichtkaarten) aan moeten kunnen, maar dat zal wel goed komen.

En hoe Amerika-minded papa ook mag zijn met zijn cowboylaarzen en cowboyhoeden, ook hij is helemaal van zijn sokken geblazen. Enkele citaten: “Wat is het hier moooooooi!”, “Wat is het hier schoooooon!”, “Je ziet hier eigenlijk nauwelijks politie! Wat een respect voor de natuur heeft iedereen, geweldig.”, “Ik had een stelletje boeren verwacht, maar niet dit!” and so on. En zo voel ik me precies.

Ik heb het gevoel dat ik nog lang niet klaar ben met dit land. Dat ik binnen een maand weer thuis ben voelt niet goed en van binnen stribbelt alles steeds meer tegen. Er is nog zoveel meer dat ik door mijn lens wil bekijken, zoveel meer waar ik over wil schrijven. Er zit niks anders op, ik moet het maar voor later bewaren. Want één ding is zeker, dit is sowieso niet de laatste keer Australië.

Als we niet meer terugkomen, we praktisch van de aardbodem verdwijnen en jullie een keer een foto voorbij zien komen van twee Nederlandse idioten met dreadlocks die een eigen moestuintje aanharken, hebben we het niet gered uit Nimbin. Kom ons maar halen.

206090_10151005903233679_1469733636_n
246462_10151005899768679_1349110445_n
251853_10151005898973679_566535747_n
303530_10151001315293679_1437043662_n
307046_10151001314998679_1497202679_n
396773_10151003699518679_1213829067_n
403566_10151001315163679_679324499_n
481292_10151001315413679_787011330_n
552902_10151001316068679_356098907_n