Koraal, cocktails & good company in Coron

In Filipijnen

FilipijnenCoron-381-1024×683

Onze vijfdaagse Tao Experience eindigde in het plaatsje Coron. Het plan was om vanaf hier naar onze volgende stop, het eiland Bohol te vliegen. Helaas waren alle vluchten voor de komende week volgeboekt. Er zat niks anders op dan een extra dagje te blijven, met de ferry terug te gaan naar El Nido en weer af te zakken naar Puerto Princessa, precies zoals we ook gekomen waren. Dat zijn de nadelen van niks van te voren boeken, maar zo’n straf was het uiteindelijk niet. We pakten onze rust, wandelden door het stadje, lieten ons rondrijden in een tricycle, bezochten de plaatselijke hot springs, deelden een pizza, haalden verse mango’s op straat en speelden een potje kaarten in de schaduw. We waren zo moe dat we nog voor het avondeten in slaap vielen.

De volgende dag boekten we een tour naar Coron Island, het woeste eiland voor de kust van de stad. Daar zouden we per bangka en met een groepje andere toeristen naartoe varen. Tenminste… Dat dachten we. Voordat we aan boord gingen vroeg de schipper of we nog iets te eten wilden inslaan voor onderweg. We stopten bij de markt en kochten een halve kip, een enorme tonijn en 4 mango’s. Eenmaal terug bij de boot bleek dat het een boottocht voor twee was. Laten we het erop houden dat we in ieder geval niet omkwamen van de honger.

FilipijnenCoron-401-1024×683
FilipijnenCoron-331-683×1024
FilipijnenCoron-321-1024×683
FilipijnenCoron-341-1024×683
FilipijnenCoron-291-1024×683

First stop

First stop: een prachtig koraalrif met tientallen verschillende gekleurde vissen. Wat is de natuur toch volmaakt… Inmiddels kunnen we bijna alle vissen uit Finding Nemo van ons lijstje strepen. Daarna vaarden we naar het Kayangan Lake, het meest heldere meer van Azië. Wauw… Turquoise blauw water en de bodem – die je metersdiep zo kan zien – lijkt wel een maanachtig landschap. De natuur mag dan volmaakt zijn, als je niet uitkijkt kan hij ook flink zeer doen. Tijdens het snorkelen bij de Twin Lagoons stapte ik nog even vol in een zee-egel. Toen we aanmeerden bij een verlaten strand met puur wit zand bezaaid met gigantische zeesterren maakte moeder natuur het weer helemaal goed met me.

Samen met Cam en Arnau, een leuk stel die we tijdens de Tao Experience leerden kennen, pakten we de volgende dag de ferry terug naar El Nido. Toen we daar 7 uur later aankwamen dropten we onze tassen in het hotel en pakten de driewieler naar La Plage, een Franse strandtent. En niet zomaar een, maar wat mij betreft de strand der strandtenten. Ze zitten op een perfecte plek tussen palm- en vijgenbomen, er lopen honden rond, je hebt prachtig uitzicht, ze serveren fijne hapjes en drankjes en om het af te toppen is er ook nog eens een klein zwembad. Keer op keer dacht ik: dit moment kan niet perfecter. Goede gesprekken, lol met elkaar, een duik maken in zee, proosten met cocktails, het leven is hier een groot feest.

FilipijnenCoron-281-1024×683

Zuidelijker

De volgende dag reisden we een stukje zuidelijker naar Roxas, een plaatsje halverwege Puerto Princessa. Big mistake, zo bleek. Direct bij aankomst werden we al genaaid door een taxichauffeur. Die vond het duidelijk niet nodig ons te vertellen dat het hotel op een minuut loopafstand was en die wel vond dat we flink moesten betalen voor één keer gas geven. Fijn. Vervolgens bleek het hotel in de verste verte niet te lijken op wat we hadden gezien op Booking.com en na een wandeling door het dorp wisten we het heel zeker: wegwezen hier. Voor het eerst voelden we ons onveilig en vooral heel ongemakkelijk. Ondanks dat ik bij Lex aan de hand liep werd ik van alle kanten aangestaard, op een hele vervelende manier nageroepen en nagefloten. We pakten snel onze backpacks en sprongen in het eerste de beste busje richting Puerto Princessa. Tot zover Roxas.

Volgens de Lonely Planet is het per scooter ontdekken van de countryside van Puerto Princessa een niet te missen highlight. Omdat we hier opeens een extra dag te besteden hadden besloten we de proef op de som te nemen. Ik sprong bij Lex achterop en we zetten koers richting de Maoyon rivier, een uur of twee verderop. In de stad was het nog druk, maar al snel waren we de enigen op de weg. We maakten een stop om koffie te drinken bij het Love & Peace resort, dat uitkeek op de rivier. Vanaf een vlonder slingerde je met een touw zo het water in. De volgende ochtend gingen we vroeg uit de veren om naar Nagtabon Beach te rijden. De route alleen al was zo mooi: aan weerszijden van de weg tientallen verschillende soorten palmbomen. Bovenaan de berg vertelde een klein bordje ons: voor Nagtabon linksaf. Daar hield de geasfalteerde weg op en hobbelden we in de brandende zon met de scooter bergaf over rotsen, zand en stenen. Die helse tocht bleek de moeite waard: beneden kwamen we bij een prachtig en helemaal toeristen-vrij strand.

Binnen twee weken tijd hebben we zo veel moois gezien, zoveel bijzondere mensen ontmoet, zoveel nieuwe dingen ervaren en zoveel genoten dat het haast niet te bevatten is. En dat allemaal ook nog eens met zo’n fijne reisgenoot. Want wat is het heerlijk om al dit soort mooie momenten te delen met iemand die ze zo’n reis nog zoveel mooier maakt.