Travel
Journal
Feest van herkenning
In Australië
De afgelopen week was zo bijzonder. We hebben in zo’n korte tijd zoveel gezien en gedaan. We kwamen van de week aan bij Rainbow Beach, maar dat ging niet zonder horten of stoten. Letterlijk. Ons navigatiesysteem stelt ons iedere dag voor de volgende keuze: “The following route contains unpaved roads. Avoid or continue?” Over het algemeen vallen die unpaved roads (niet-geasfalteerde wegen) best wel mee, dus ook vandaag kozen wij voor ‘continue’. Dat hebben we geweten. Ondanks de waarschuwingsborden waagden we ons op een weg die, daar kwamen we later pas achter, enkel en alleen bestemd was voor 4×4 auto’s. Laten we het er op houden dat deze route zelfs met een 4×4 een pittige uitdaging zou zijn. Gelukkig heeft papa veel ervaring op dit gebied (hij ging vroeger met zijn jeep op allerlei levensgevaarlijke tochten door de Ardennen en andere gebieden die niet voor auto’s zijn bedoeld), maar anders waren we hier nooit zonder vast komen te zitten uitgekomen. Na 15km door kuilen vliegen, water dat je om de oren vloog, “Mel, hou je vast!” en meer van dat soort ongein moesten we omdraaien. De route werd compleet onbegaanbaar. De auto ziet er niet meer uit en zit onder de modder, maar we hebben het gered!
De Australia Zoo stond voordat ik wegging al hoog op mijn verlanglijstje. Daardoor was het extra zuur toen het weer met de dag slechter werd. Toen we ’s ochtends wegreden uit Brisbane onderweg naar de Zoo, begon het steeds harder te regenen en besloten we het maar een dagje uit te stellen. Dat was een goede zet! Die dag reden we door een prachtig gebied waar we weer nauwelijks iemand tegenkwamen. In het dorpje Montville, ergens op de route, kon je zelfs poffertjes bestellen! Ondanks de regen en de mist hadden we prachtig uitzicht. Snel de auto weer in, door naar de watervallen. Van een gezellig dorpje even door naar een uitkijkpunt over een waterval, huppekee, alsof het de normaalste zaak van de wereld is.
De volgende dag reden we op hoop van zegen richting de dierentuin en YES! De zon brak door! We liepen rond in ons T-shirt en het is de hele dag droog gebleven. De Australia Zoo staat niet voor niets zo goed bekend; ik heb nog nooit zo’n mooie en bijzondere dierentuin gezien. Je mag allerlei dieren aaien en de verblijfruimtes van de dieren zijn heel groot. Zelfs de meest pietepeuterige beesten hebben genoeg ruimte om rond te rennen. De crocoshow in het Crocoseum door de vrouw en kinderen van Steve Irwin was ook erg indrukwekkend en ook een beetje emotioneel. Dat gezin is tenslotte hun vader en man verloren, eigenlijk een heel zielig verhaal. Ook erg mooi om te zien dat ze met net zo’n enthousiasme staan te vertellen en blijkbaar bijna net zo gek zijn als hun vader.
Steve’s kinderen zijn niet de enigen die op hun vader lijken. Met papa op reis zijn is een feest van herkenning. Bepaalde karaktertrekjes en gewoontes heb ik blijkbaar niet van een vreemde. Net als papa ben ik ook enigs kind, houden we allebei van fotograferen en schrijven, hebben we allebei af en toe een plekje voor onszelf nodig (en gaan we dus allebei regelmatig op een kleine, maar eenzame wandeling), hebben we veel dezelfde gezondheidsproblemen, genieten we allebei evenveel van een Magnum en ander ongezond voedsel (de TimTams vliegen er doorheen) en liggen we allebei in een deuk om dezelfde dingen. Mooi vind ik dat.
Gisteren reden we naar Eungella National Park om vogelbekdieren in het wild te spotten. Heel stilletjes stonden we op het uitkijkplatform naar het water te turen. Bij ieder belletje en bubbeltje richtten we onze camera’s al, maar het was steeds loos alarm. Maar daar kwamen ze dan! Bij het minste of geringste zijn ze er ook weer vandoor, dus je moet heel stil zijn. Het was weer een belevenis.
Op dit moment zitten we op een camping in Airlie Beach, staat de nieuwe CD van Xavier Rudd aan en gaan we morgen verder richting Townsville. We komen steeds dichter en dichter bij onze eindbestemming: Cairns en omgeving. Gelukkig staat ons de komende week weer heel veel moois te wachten, dat kan hier gewoon niet anders.
Als ik jullie allemaal door dit beeldscherm heen zou kunnen sleuren, zou ik het doen. Ik wil zo graag dat iedereen de schoonheid van dit land ziet. Het heeft zoveel te bieden en het mooie is: er is voor ieder wat wils. Voor vertrek had ik nooit verwacht dat ik me zo thuis en zo fijn zou voelen als in Australië. En dat in een relatief korte tijd, een half jaar is niet heel erg lang. Vooral als je bedenkt dat ik het grootste deel van de tijd werkte en toen alleen Sydney heb kunnen zien. Ik dacht toen dat dat al de max was in pracht en praal, maar nu zie ik de overweldigende natuur en is OOK dat weer mooi en overtreft het weer alle verwachtingen.